Blog

Er wordt niet enkel in november gerouwd

Profielfoto van Greta Vandeborne
9 augustus 2023 | 4 minuten lezen

Er wordt niet enkel in november gerouwd. Ook tijdens de vakantiemaanden sterft een geliefde, een zoon of dochter, een broer of zus, een dierbare vriend…

De dagen zwijmelen voorbij. Straks is het weer 27 augustus, de sterfdatum van mijn geliefde.

‘Zijn handen vertelden me dat hij een glas champagne wou. Hij keek me indringend aan en stootte de klanken ‘Op ons’ uit. Op ons, zoals die eerste dag in Firenze. In onze ogen borrelden herinneringen op uit een verleden tijd die voor mij allesbehalve voltooid was. De streling over mijn hand was me meer waard dan alle woorden die zijn stem hem ontzegden. Mijn hart klopte in mijn keel, mijn adem werd afgesneden, de tijd stopte, de omgeving verdween. Er waren enkel onze verbonden blikken terwijl ik hem in mijn armen hield. Een onverbreekbaar moment dat een eeuwigheid leek te duren en waarvan we  wensten dat het dat ook zou doen. Het was een intens graag zien samengebald in één moment. ‘Op ons,’ zei ook ik. Ik bleef hem vasthouden, bleef naar hem kijken met strelende ogen. Elke blik intens, van de allereerste tot allerlaatste.

Ik kuste zijn ogen dicht - het mooiste blauw dat ik ooit zag - en dacht dat het een pauze was, dat het blauw nooit zou smelten. We ademden met onze monden op mekaar. Hij ademde nog drie keer, nog twee keer, nog één keer, en dan niet meer.’ (Uit ‘In mjjn hart woont een meeuw’)

 

Ik praat met bijna niemand over mijn rouw, omdat weinig mensen echte vragen stellen of om kunnen gaan met mijn echte antwoord: ‘Het gaat niet’. Gisteren liet ik mijn golden labrador een wandelroute kiezen en hij trok me naar de plek waar ik mijn zieke man in zijn rolstoel had rondgereden. Oké, dacht ik, misschien weet de hond beter dan mij dat ik intussen in staat ben om hier te lopen, want hij weet zoveel. En toch, na zes jaar blijft het gemis een gapende wonde.

Een intens graag zien samengebald in één moment.

Aan tafel bij vrienden zeg ik ‘Het smaakt me’ in plaats van ‘Ik mis hem.’ Ze zouden het niet begrijpen. Ik wens het niet te lezen in hun ogen hoe ze zich afvragen, of ik het nu nóg niet verwerkt heb.

Ik verwacht dan ook geen begrip voor mijn jaarlijkse vlucht op elke zevenentwintigste dag van de maand augustus naar de enige plek waar troost me omarmt in de schaduw van Umbra[1].

[1] In de bocht waar Oostende verglijdt in Mariakerke, staat op de dijk - ter hoogte van de renbaan - Umbra, een bronzen sculptuur op een concentrische trappenstructuur. Herlinde Seynaeve liet zich hiertoe inspireren door het beroemde schilderij De duizeling van Léon Spilliaert.

Op momenten als deze, op de datum van het overlijden van mijn geliefde, laat ik mezelf toe op te gaan in de tristesse en de melancholie van een grimmige zee. Op die datum word ik misselijk van het gemis en het hartzeer. In ‘Altijd dwarsliggen’ weet Marieke Lucas Rijneveld dit onzegbare zeer te benoemen: ‘Deze dag gaat over zeer. Over hoe je met de schroom in je benen en tegen beter weten in weer de gordijnen openschuift…’’ (Uit: ‘In mijn hart woont een meeuw’)

 

Nee, men rouwt niet alleen in de maand november. Dat vermeld ik heus niet enkel omdat 27 augustus voor mij een speciale verjaardag blijft. De gedachte kwam ongewild binnenwaaien toen ik het overlijdensbericht van een neef van mij ontving. Op 22 juli plots heengegaan, een hartstilstand. Net vijftig jaar was hij geworden, nog drie studerende kinderen. Hij was een Bourgondiër, een vat vol levensvreugde. Net dat maakt deze stilte zo oorverdovend.

Eveneens in juli belde een vriendin me, dat ze afscheid had moeten nemen van een zeer goede vriend. Ik hoorde de snik in haar stem en wist dat ik enkel kon luisteren.

Ik bleef luisteren terwijl de tijd verder gleed naar de zomer die geen zomer is.
‘Ik heb troost gevonden in je verhalen,’ hoorde ik haar zeggen, ‘omdat leven en liefde er samenvallen met verlies en rouw.’

‘Ook ik hou ontzettend van de zee,’ vervolgde ze.

‘De hoge en lage golven, de voorspelbare en onvoorspelbare golven, ik ben erin gedoken en boven mij vloog een meeuw, alsof hij me wilde troosten.’

Na dit telefoongesprek moest ik denken aan de recensie op Bazarov, waar recensent Wim Backx met de volgende woorden eindigt:

‘U hebt mogen ervaren dat een cultuur die rouw tolereert ontbreekt. Men wil de dood doodzwijgen. U doet dat niet. U vertelt over de dood. U getuigt over het leven. Op een schitterende wijze. U hebt mij doen nadenken. Over mijzelf. Maar bovenal over de mensen die ik verloren heb. Tijdens het lezen van uw boek waren zij bij mij. Zo voelde het.  Net zoals u uw geliefden tot leven hebt gewekt, heb ik hetzelfde gedaan met mijn geliefden. Dankzij u.  Door u. Voor uw boek en die warme aanwezigheid van mijn geliefden wil ik u danken. Van ganser harte.’

https://bazarow.com/?s=In+mijn+hart+woont+een+meeuw

bol.com | Zoekresultaten voor 'in mijn hart woont een meeuw'

 

Troostdruppels

Troostdruppels vinden in mijn verhalen. Hartverwarmend. Daar zal ik aan denken, op deze 27 augustus die razendsnel dichtbij komt. Op de trappen van Umbra zal ik opgaan in de kleuren van het laatste halfuur voor de zon verdwijnt. Gefascineerd zal ik toezien hoe de zee haar grijze kleur ruilt voor een oranjerood.

Terwijl de avondlucht vlammend afscheid neemt van de dag, zal een meeuw de hoogte inschieten. Waar hij naartoe vliegt weet ik niet. Ik hoef het niet te weten. Naar de hemel kun je vele kanten op.

 

 

Greta Vandeborne, 10 augustus 2023

 

 

Doe mee met de discussie

Spreek je uit, deel en inspireer!

Plaats een reactie
0 reacties